Bridgerubriek 10 februari

Laat me met rust, houd je mond eens, of zelfs kop dicht wil je de tegenstanders toeschreeuwen. Helaas luisteren ze zelden. En waarom ook, ze zitten er niet om je van dienst te zijn. De tijden dat je tafelgenoten beleefd naar je biedkunsten luisterden ligt ver achter ons. Niet alleen gebruiken we tegenwoordig bidding-boxen, ook bieden diezelfde tegenstanders gewoon mee.

Uiteindelijk gaat het er om wat er aan het eind van de rit onder de streep staat. De route is onbelangrijk, alleen de pegels tellen.
Op het eerste spel kunnen beide partijen een manche. Duidelijk een zaak van kaas, brood en eten:

Z/Allen
7 3 2
H B 10 7 2
A H 8 4
H
A 10 8 5
H B 9 6 4
- 5
B 9 6 5 3 V
10 8 5 3 A V 9 7 6 2
V
A V 9 8 6 4 3
10 7 2
B 4
 

Het begin is aan veel tafels hetzelfde. Zuid opent 3 en noord verhoogt naar de manche. Daar zit je dan als oost. Mooie kaart, je zou zeker 1♣ openen als je mocht beginnen, maar we zitten al op het vierniveau. Moet je er nou inkomen? Vijf van de zestien oostspelers zeggen nee en passen. Zuid verliest een schoppen, ruiten en een klaveren en maakt in een vloek en een zucht tien slagen voor 620 en winnen 13 imps tegen een datumscore van -240.

Je bent kwetsbaar en hebt maar een gammele vijfkaart schoppen en dunne zeskaart klaveren. Partner heeft niet geboden na 3, dus de hele wereld heeft ie ook niet. Je gaat zo een paar down gedubbeld. Pas is de voorzichtige optie.
Maar met passen win de oorlog niet. Met een beetje fit aan de overkant heb je een os met je 6-5.

Eerst 5♣ en later eventueel nog eens 5♠ om je verdeling een beetje in beeld te krijgen? Het is mooi, maar ook wat ruig. Ik zou aan minstens een aas meer denken als je zo biedt. 4♠ Lijkt het beste.

Frappant genoeg mag niemand 4♠ spelen. Alle noordspelers concurreren nog met 5. Twee keer wordt 5 het eindcontract. Jij hebt je werk gedaan en past, maar partner is er ook nog. Met nul hartens en vier troeven mee, is er eigenlijk geen keus. West biedt 5♠. Hierna gaan twee NZ paren door naar 6 en worden aangehouden voor twee down.

De paren in 5♠ maken zonder uitzondering (geen kunst) een overslag. Zij winnen 10 imps. Mijn maat is ontevreden. We hebben slem gemist. Er is inderdaad een paar dat 6♣ weet te bereiken. Maar wie niet het kleine niet eert…

Het is de vraag of je zonder meebieden van de buren wel zo hoog zijn gekomen. Dus eigenlijk hebben we die jongens nodig om eens hoog in de boom te klimmen.

N/NZ
9 8 7
A V 2
H V B 3
9 8 6
H 10 6 5 3
A V B 4 2
H 8 5 3 7 4
4 2 A 10 8 5
V 10 3 2
-
B 10 9 6
9 7 6
A H B 7 5 4
 

Na 1 van noord biedt oost 1♠. Zuid doubleert, hij heeft nou eenmaal een vierkaart in harten. Je kunt je afvragen of 3♣, als inviterend bijbod niet beter is, maar die rooie ligt er zonder dat je er over nadenkt. West heeft vijf troeven en volgens artikel 5 van het Burgerlijk Bridge Boek moet je dan de manche bieden.

Noord heeft geen bod na 4♠. Partner kan wel heel zwak zijn. Ook oost zwijgt, maar zuid heeft het lastig.

Bij de helft van de tafels was het eindcontract 3, of 4♠. Incidenteel gedubbeld en flink verlies voor de NZ paren. Aan de andere tafels drukt zuid door naar 5♣.

Het spel zit lekker voor zuid. Partner heeft de juiste plaatjes en een beetje fit. Met de troeven rond en H in de knip kijken noord en zuid elkaar vragend aan. Wie had er zes moeten bieden?

Niemand natuurlijk. 5♣ Bieden is genoeg. Het is de vraag of je zonder steun van OW wel zo hoog komt. Als west – ongekend, ik weet het – slechts 2♠ biedt, komt zuid met 3♣ en past iedereen tevree.

Als zuid besloten heeft actie te nemen na 4♠, is het de vraag wat goed is. Met AH van klaveren en een partner die heeft geopend, mag je aannemen dat 4♠ te hoog is en doublet enige punten oplevert. Kwetsbaar tegen niet ga je echter liever voor je eigen manche en nu partner hopelijk weinig kracht in schoppen heeft is 5♣ misschien wel het beste.
Een andere optie is 4SA als het bod bedoeld is als take-out. Met 6 en korte klaveren is 5 een beter contract dan 5♣.

Zo zie je maar. Je hebt elkaar nodig om hoog te bieden. Zonder dwang lukt het niet zo goed.