Bridgerubriek 13 januari

Met de Limburgse löss nog een beetje aan de schoenen, een paar dagen in de regen rondsjokken, moesten we de eerste zaterdag van het jaar alweer aan de bak. De derde ronde van het Topcircuit stond op het programma. In de eerste ronde hadden we lekker plus gehaald en ronde twee gemist door een tripje naar Riga. In deze voorlaatste ronde moesten we daarom zorgen voor meer impen.

Dat lukte prima. Met 44 Imps eindigden we op een gedeelde zevende plaats en staan na drie ronden op plaats acht in het tussenklassement. De eerste zestien aangevuld met de twee sponsoren spelen in maart de finale om forse geldprijzen.
Ik had kunnen berichten over een mooie 4 van Geon, of een aardige elopement in 4♠ van mezelf. Maar, nee. Zelfs de 3 op het voorlaatste spel waar we in plaats van 1370 slechts 170 scoorden, haalde het niet.

Het worden twee slems. Bij de butlertelling gaat het om grote getallen. Er wordt een gemiddelde per spel berekend en het verschil van jouw score met dat gemiddelde wordt omgerekend naar impen. Dus hoe verder je afzit van dat gemiddelde, hoe groter de score zowel plus als min. Zo hadden de collega’s Krijgsman-Cornelissen een negatief saldo van 40 van de slems in de eerste zitting. Daar kwam wel nog +21 bij van lucratieve slems ’s middags, maar je begrijpt dat ze laag eindigen.

Onze twee slems waren geen contracten van grote schoonheid. Eentje was zelfs ronduit smerig:

Z/-
H 9 6
A H 3
A H B 4 3
9 8
A V 7 5
B 10 3 2
V 6 4 9 8 5
10 9 8 7 V 5 2
5 3 B 10 6
8 4
B 10 7 2
6
A H V 7 4 2
 

Het begin is voorspelbaar. Ik open de noordhand met 1 en Steenbakkers biedt 1. Na mijn 2SA herbieding antwoordt Geon 3♠ en daarmee belooft hij klaveren. We spelen ook na een 2SA herbieding transfers.
Hoewel ik ver in mijn achterhoofd de mogelijkheid van een vierkaart harten met langere klaveren bedenk, meen ik toch dat hij ten minste een 5-5 belooft. Hoe kun je een slempoging doen met 4 en langere klaveren en dus minder dan een opening hebt? Nou met deze hand dus.

6♣ Is een prachtig contract in de noordhand. Je troeft, na ♠B voor het aas en schoppen na drie keer troef, de derde ruiten, zegt dank je wel tegen V, en claimt. Valt de vrouw niet dan heb je nog de hartensnit. Door het 3♠ bod zit klaveren meteen in de noordhand. Alleen gaat noord natuurlijk nooit klaveren bieden met twee kleintjes. Zou hij al rekening houden met een 4-6 verdeling dan biedt hij 3SA.

Ik was overtuigd van minstens 5-5. Met klaverenfit zou ik 4♣ bieden en vroeg me af of 4 Last Train voor harten zou zijn. Omdat de route na 3♠ nog nooit was voorgekomen en ik de zaak niet wilde compliceren, bood ik 4. De bak komt terug met 5♣. In mijn ogen een controlebod voor harten, zonder cue in schoppen. Dat betekent dat ♠H een beetje op de tocht zit, maar met twee keer AH in de rode kleuren en een dubbelton klaveren kon ik niet minder dan 6 bieden.

Door het scherm zie ik Steenbakkers de handen ten hemel heffen. Hij weet zeker dat hij in de 4-3 fit zit. Met vier keer de boer geen reden tot juichen.
Anton Maas komt met ♠A, dank je partner van de overkant, en speelt schoppen na. Geon wint. Speelt, onkarakteristiek, snel een klaveren naar de aas en 10 in slag vier. Als 10 de slag maakt, volgen nog twee rondjes troef. Beide tegenstanders bekennen en als ook de klaveren zes slagen opleveren, staat er zo +980 op de lijst.

Hij zei wel sorry tegen de tegenstanders. Na afloop bakkeleien we of 3♠ 5-5 belooft, maar er is nog geen overeenstemming…

Slem twee kan de toets der kritiek met gemak doorstaan:

N/OW
A 8
H 7 5 4
A 10 2
V 6 4 2
H B 6 5 3
9 7 2
2 B 8 6 3
V 9 8 7 6 H B 5 4 3
7 5 93
V 10 4
A V 10 9
-
A H B 10 9 8
 

Na mijn 1♣ opening kijkt Steenbakkers opnieuw aan tegen een 6-4 in klaveren/harten. Nu is 1 natuurlijk wel in orde. West stoort met 1♠ en mijn 2 toont een vierkaart steun. Oost is stil en zuid doet met 3♣ in eerste instantie een poging voor de manche. Met drie sleutelkaarten en een nuttige ♣V kan ik niet meer hebben en bied 4.

Na afloop suggereerde Geon 3 of 3♠, maar dat is slechts nuttig als hij een slempoging heeft, anders zou het klaverensteun ontkennen. Na 4 gaat hij door met 5♣. Aha, denk ik, deze kennen we! Hij doet een slempoging zonder schoppencue. Met 5 beloof ik een schoppencontrole en ga door met 5♠ na zijn 5 antwoord. Met ♠A-A-H en ♣V aan de overkant ben je nou wel 7 waard, maar Steenbakkers meent dat ik niet al die honneurs kan hebben, omdat ik anders 3 zou hebben geboden in plaats van 4.

Je ziet dat we bij deze twee spellen in het geheel niet op een lijn zitten. Na 5♠ biedt Steenbakkers 6 en houd ik ook op. West begint met ruiten en de leider neemt in dummy en speelt harten naar zijn aas en harten naar de heer. Op de terugweg wordt troefboer onschadelijk gemaakt en twaalf slagen geclaimd.

Won het vorige slem nog wel tien impen, deze was maar 4 puntjes waard. Als je dan weet dat het eerste slem pure mazzel was en spel twee door een misverstand 7 gemist, nu down door de troeven 4-1, blijkt maar weer eens dat je beter de geluksgodin aan je zij kunt hebben.