Bridgerubriek 17 maart

Meestal butleren we op de club, maar na de winter is er een viertallencompetitie van vijf avonden en een Patton wedstrijd gedurende zes avonden. De organisatie van dat soort avonden bezorgt onze wedstrijdleider kopzorgen. Niet iedereen is alle avonden present en het team van de baas moet natuurlijk het sterkst zijn. Afgelopen week waren de meeste profs in Philadelphia en speelden wij in dat team. Geon met de baas en Berend van den Bos met mij.

Ik ken Berend al jaren, maar we hadden nog nooit samengespeeld. De systeembespreking ging echter soepel. Geon en ik spelen net als Berend en Joris van Lankveld Dutch Dubbelton, zodat met weglaten van enkele speciale biedingen het raamwerk snel besproken was.
Misverstanden hadden we trouwens niet, wel vrijdagavond dutwerk.

N/OW
7 4 3
H 8 7
A B 10 9 7
H 2
A B 9
V 10 8 2
V B 10 6 3 2 A 5 4
6 5 8 5 4 2
B 8 9 4
H 6 5
9
H V
A V 10 7 6 5 3
 

Een merkwaardig spel. NZ hebben een karrevracht aan punten, maar een manche is niet mogelijk. Ons nevenpaar eindigt in 3SA in noord en na schoppenstart voor de heer en het aas en harten door de heer, eindigt Steenbakkers met drie slagen. -300 Klinkt bekend, maar niet in zes ongedoubleerde downslagen.

Natuurlijk waren er ook succesvolle contracten. West volgt in harten na de 1♣ opening van zuid. Als noord dan 2SA, of zelfs meteen 3SA biedt, komen sommige oostspelers braaf met harten uit. Je hebt dan zeven slagen in klaveren, vijf in ruiten en H bij de start en huilt dat je slem hebt gemist.

Aan onze tafel volgt Berend 2 na de 1♣ opening en hoewel noord piekert, komt hij niet verder dan een (zeer) voorzichtige pas. Ik steun met 3, maar na 4♣ van zuid is iedereen plat. Berend begint met V en bij het zien van de dummy is het eerste wat je denkt: ze hebben slem gemist.

Met die gedachte nog in het achterhoofd, zuid speelt klein in dummy, bega ik de eerste fout. Ik verzuim de slag over te nemen met A. Nu ik duik, heeft de leider de rest. Hij troeft het hartenvervolg, haalt de troeven en scoort nog vijf slagen in ruiten.
In viertallen tellen de overslagen nauwelijks. Je verliest hoogstens een impje. Ik weet dat de harten 6-3-3-1 zitten en we maar een slag in harten hebben. Met de fraaie ruitenkleur in dummy, als partner al een plaatje heeft, snijdt zuid hem er wel uit, moeten onze slagen uit schoppen komen.

Met ♠A bij zuid is er niets aan te doen, maar met ♠H bij de leider hebben we een kans. Ik moet de eerste slag pakken met A en naar ♠10 of ♠V switchen. Zonder AB in schoppen hij partner krijgen we 4♣ niet down. Na A en ♠10 hebben we vier slagen en is zuid een down. Het verlies is nog wel zes imps, maar niet de tien die we nu betalen.

In probleemvorm doe je deze altijd goed. Het is zaak het probleem te zien en op zaterdagmorgen gaat dat toch een stuk beter dan op vrijdagavond.

We winnen twee keer dik en als Verhoeven niet weer de butleruitslag domineert, zouden we zelfs alleen koploper zijn.
Het laatste spel is nog wel interessant:

Z/OW
A H 7 3
V 7
B 6 4
H V B 9
4
6 5 2
B 10 8 5 3 2 A H 9 6 4
9 7 V 5 3 2
10 8 7 2 3
V B 10 9 8
-
A H 10 8
A 6 5 4
 

We maken een potje van het bieden en stoppen af in 6♠. Na 1♠-2♣ steun ik de klaveren om na 3♠ te verzanden in een brij van controlebiedingen. Berend stelde na afloop voor om na 3♣ met 4♣ de troefkleur af te spreken, waarna de weg naar grootslem openligt als ik na 4 4♠ hoor als cue. Zonder plaatjes in harten, kan ik dan de azen vragen en vervolgens de heren en in 7♣ aanleggen.

Je telt vijf slagen in schoppen, twee hartenaftroevers, twee toppers in ruiten en vier troefslagen.

Minder is meer. De achtkaart fit genereert een slag meer dan de 5-4 fit in schoppen, omdat op de vijfde schoppen een kaart weg kan uit noord.

7♣ Is simpel als oost met A begint.
Je troeft in zuid en steekt over naar ♠A om een tweede harten te troeven. Hierna trek je de troeven en speelt de schoppen af. Op de vijfde schoppen kan de derde ruiten uit noord weg en hierna claim je met de twee hoge ruiten.

Als oost je bieden gelooft en niet met A begint, maar met schoppen, dan wordt het lastig. Je wint in noord en troeft een harten in de dummy. Als je nu klaveren naar de hand speelt en ook de tweede harten troeft met ♣A, dan loop je tegen het 4-1 zitsel in troef aan en gaat down, tenzij je in de tweede troefronde snijdt met ♣9.

De oplossing is de tweede hartenaftroever te vergeten en de troeven te trekken en te snijden in ruiten. Een groot risico, maar gelukkig is er geen sterveling die niet met een aas begint tegen een grootslem als hij AH heeft. Toch?