Bridgerubriek 18 februari

Na het schudden van 48 handen, het ontvangen van 32 zoenen neemt het leven weer zijn normale gang aan. Door de week pennen en cursussen en in het weekend spelen.
Afgelopen zaterdag de laatste voorronde van het topcircuit. Vooraf hadden Steenbakkers en ik afgesproken serieus en met inzet die dag te spelen. Dat lukte de ochtendsessie goed. Met een behoorlijke plus stonden we bij de eerste drie. Na de lunch boden de buren een paar gelukkige slems en konden we al om vijf uur aan het bier.

Zondag richting Amersfoort voor de bekerwedstrijd tegen de Vriendenkring. Bekerwedstrijden zijn een aanrader voor elke vereniging. Je speelt met drie viertallen tegen eenzelfde aantal van de andere club en bij winst ga je naar de volgende ronde en bij verlies deppen we de tranen. Slechts een middagje duurt de krachtmeting en je komt nog eens ergens. Zo speelt de Vriendenkring in de kantine van een tennisclub en is Henk de barman. Henk is vlot en accuraat, maar ook zonder een spoor van vriendelijkheid. Dat hoeft ook niet want lachen doen we genoeg.

W/OW
H V 10 8 5 4
V 10
A H 9
4 3
A 9 7 6 2
3
A B 5 H 8 7
V 3 B 10 6 5 4
A B 5 9 8 6 2
B
9 6 4 3 2
8 7 2
H V 10 7
 

Verhoeven heeft twee duivelse dilemma’s op dit spel. Na 1SA van west volgt partner met 2 en vraagt hij zich af wat hij moet bieden. Na anderhalve nanoseconde wordt dat 2♠. Het bod vertelt interesse in hogere contracten mocht partner harten hebben en anders wil hij 2♠ spelen. Partner interpreteert het bod op dezelfde wijze, behalve dat hij er tevens enige waarden aan toekent. Om die reden verhoogt hij nog naar 3♠. Verhoeven past nog sneller dan de tijd die het kostte om zijn eerste bod te doen, maar west zet de bijl er al in.

Ik vind 2♠ in een niet ingespeeld partnership niet sterk, maar na het kalme 2 kan de maat redeneren dat je iets moet hebben voor schoppen, omdat je anders wel 2♠ zou hebben geboden. Een catch 22 situatie.
In het afspel een tweede dilemma. De verdedigers hebben niet sterk geacteerd en de leider krijgt de kans om met een klaveren naar de tien zijn contract te maken. Zit de boer echter mis dan is -500 zijn deel. Matthieu kiest natuurlijk voor de kans op +530, maar de kaarten werken niet mee.

Aan de andere kant spelen wij 2♠ tegen en dat kan down. Steenbakkers begint met B en noord neemt in de hand. Schoppen naar de boer neem ik en V wordt door noord gepakt. ♠H onthult het vervelende troefzitsel. De leider gaat door met klaveren naar de heer en die had ik beter kunnen duiken. Ik neem echter en speel A en een kleine harten naar de heer van Geon. Die moet nu kiezen welke dubbelton rood ik heb. Hij kiest voor harten en dat is mis. De leider kan troeven, oversteken naar ♣V en nog een harten troeven. Onze troefslag en vrije ruiten vallen aan het eind over elkaar.
Met 10, klaveren weg en een volgende ruiten waar ik weer een klaveren op kan dumpen krijgen we 2♠ down. -500 en -110 kost 12 imps.

We staan ietsje achter, maar in goed Onstein gebruik halen we in de laatste ronde flink uit.

Z/NZ
H 6 4 3
4
V B 8 5
B 9 8 3
A B 5
10 9 8 7
B 7 6 5 2
10 7 A 6 4 3 2
A 10 6 2 H V 5
V 2
A H V 10 9 8 3
H 8
7 4
 

Na 1-1♠ herbiedt zuid 3 en iedereen zwijgt.
Steenbakkers begint met 10 en ik neem met het aas en speel 2 terug. Daarmee vertel ik dat er een aankomer in klaveren is, mocht west kunnen troeven. Dat kan hij niet en zuid wint, hij gooide de eerste keer H, in dummy en dumpt op de vrije 9 een klaverenverliezer.

Natuurlijk hadden we het veel makkelijker kunnen doen. Na A, drie hoge zwarte cashen en wachten op de troefslag, maar het publiek wil ook wat. West troeft 9, casht ♠A en speelt een kleine klaveren naar mijn vrouw. Op mijn ruitennaspel promoveert B tot downslag. De leider kijkt beteuterd.
Aan de andere tafel zitten de jongelui natuurlijk in 4 en ontvangen vriendelijk tegenspel zodat het spel uitslaat.

We winnen nog iets terug in de laatste ronde, maar komen aan de streep net een paar puntjes tekort en zijn uitgeschakeld.