Bridgerubriek 18 nov

Het landskampioenschap dat we wonnen in januari kende nog een staartje. De kampioenen van de beste tien landen bij de Europese kampioenschappen spelen namelijk later in het jaar met de winnaar van vorig jaar om de Champions Cup. Zeg maar een soort Champions League. Dit jaar was Riga de locatie waar het feestje plaatsvond. ’t Onstein 3 ( Danny Molenaar met Tim Verbeek, Magie Tichá met Richard Ritmeijer en Geon Steenbakkers met Peter IJsselmuiden) verdedigt de nationale eer.

Voor dag en dauw ( 05.54) in de trein naar Schiphol en constateren dat bij Deventer het ding al helemaal vol is. Wat doen al die mensen toch zo vroeg? De vlucht naar Riga duurt twee uur en ter plaatste is het koud en nat. We lummelen wat rond om donderdagmorgen te beginnen met de Round Robin van elf rondjes van tien spellen. Het veld is sterk, sommige spelers ken ik uit de boekjes en tijdschriften. We mikken op een plek bij de eerste vier. Dan mag je namelijk de halve finale spelen en als je die ook wint strijden om de titel.

De drie dagen beleven we als een droom. Met redelijk gemak, wel spannend, eindigen we als derde na de voorronde en treffen Frankrijk in de halve finale. Met speels gemak worden zij aan de kant geschoven en in de finale tegen Noorwegen missen Geon en ik grootslem op spel een, maar daarna is alles eenrichtingsverkeer.
We winnen de Champions Cup. Toch wel apart als er na afloop het Wilhelmus voor je wordt gespeeld.

Goed, wat spellen dan:

O/NZ
V 7 3
H 7 5
A 10 2
A B 10 6
9 5 4 2
A B 10 8
8 6 4 3 2 V B 10 9
B 3 5
H 5 V 7 4 3
H 6
A
H V 9 8 7 6
9 8 2
 

Ik open de zuidhand met 1 en denk een tijdje na het 3SA antwoord van Geon. Hij belooft 13-15 met iets wat op een 3-3-3-4 verdeling lijkt. Het kan zomaar slem zijn, maar 6 is voor hetzelfde geld kansloos.
Ik besluit verder te gaan met 4. Steenbakkers werkt mee met 4 en ik maak duidelijk met 4♠ dat ik zelf niet naar slem kan en problemen heb in de klaverenkleur. Als noord met 5♣ de bal terugkaatst, zou ik het bij 5 hebben gelaten. Geon heeft de klaveren goed en sowieso een max en springt al naar 6.

Aan de andere tafel zijn de Letten in 5 geëindigd en is Danny Molenaar met een kleine klaveren begonnen. Meer dan elf slagen zijn er dan niet meer.
Ik krijg schoppen uit en dat is gunstig. Gromov zit oost en die heeft, en dat is leuk, een probleem. Als hij ♠A neemt, heb ik twee ( ♠V en H) plekken om mijn klaveren te dumpen. In de praktijk speelt hij ♠B die ik neem.

Een rondje troef en dan eerst A en met ruiten naar boven om op H de verliezende schoppen weg te gooien. Ik troef derde harten en speel ♣9 voor de vrouw van oost. Hij is ingegooid en ik zou zelfs met beide klaverenhonneurs fout het spel gemaakt hebben. In de praktijk speelt hij ♠A en laat ik mijn kaarten zien. ’t Onstein +1370 en 12 imps!

We doen onze naam als lompe bieders eer aan, maar kunnen ook gevoelig spelen. In de wedstrijd tegen Italië het volgende spel:

O/Allen
A B 10 9 5 4
8
V 10 7 6
B 7
H V
8 7 6
10 4 3 V B 9 6 2
9 5 4 2 H B
A 9 8 4 10 6 2
3 2
A H 7 5
A 8 3
H V 5 3
 

Aan alle tafels wordt 4♠ gespeeld en zeven leiders maken het contract en vijf leiders gaan down. Het spel begint met een startprobleem. Slechts met ruiten uit heb je een kans als tegenspeler. Geon vindt de ruitenstart. De leider legt de tien in dummy en ik dek met de boer. Zuid wint met ♦A en duikt in de peinskamer.

Een kleine klaveren is winnend. West moet opstappen en dan heeft zuid genoeg vrije kaarten om twee ruitens op te ruimen. Probleem is wel dat hij niet meer twee keer kan snijden in troef, zodat je afhankelijk bent van een gunstig troefzitsel.

De Italiaan gelooft er niet in en speelt troef in slag twee. West de vrouw (laag, laag) en troef voor de heer van Steenbakkers. Vrij vlot volgt de laagste ruiten (laag, laag) voor mijn heer. Ik heb opgelet, want ik speel klaveren voor de aas van Geon die direct een derde ruiten speelt. Ik kan troeven en zuid is een down.

We winnen niet op het spel. Aan de andere kant exact hetzelfde spelverloop, maar verliezen gelukkig ook niet.

Na de ceremonie gaan we de stad in en krijgen een plekje in een restaurant dat eigenlijk vol is, omdat we allemaal met de gouden plak om de nek binnenwandelen. Het wordt nog erg onrustig in Riga die nacht, maar daar kan ik niks over zeggen.