Bridgerubriek 10 december

Het leek altijd alsof de IJssel een onneembare grens was voor de Twentse bridger. Tot Deventer mocht, maar de brug over was net eentje te ver. Daarin is gelukkig de laatste jaren verandering gekomen. Vooral het Twentse Ros timmert landelijk aan de weg. Ze doen al jaren als enige lokale vereniging mee aan de bekertoernooien en recentelijk waren zelfs twee teams present bij het nationale seniorenviertallen kampioenschap.

Niet dat na afloop zaaltjes moesten worden afgehuurd om de successen te vieren, maar verhalen waren er genoeg. Arthur Hollink vertelt met veel plezier over zijn actie tegen Nico Klaver:

N/OW
A 6
9 6 2
A H B 6
B 9 6 3
B 8 7 5
V 10 9 3 2
A V 8 3
V 5 7 4 2
10 8 4 2 A H V 7
H 4
H B 10 7 5 4
10 9 8 3
5
 

Arthur en Ine Hollink hebben nog wel wat lawaai gemaakt in schoppen, maar laten 4 te spelen door zuid met rust. Met schoppen uit heeft de leider geen enkel probleem. Je geeft op je gemak twee troefslagen en ♣A af en scoort net als veel anderen +420. Maar Klaver krijgt geen schoppen uit. West begint met een kleine ruiten.

Zijn idee is dat hij waarschijnlijk twee keer aan slag komt met troef en dan beide ruiten kan wegspelen. Vervolgens partner aan slag brengen en een ruitenaftroever maken.
De leider is zich van geen kwaad bewust en neemt 5 in dummy en speelt harten naar de boer. Hollink neemt en gaat door met V. De leider ruikt nu wel onraad, maar het is reeds te laat. Hij neemt in dummy en speelt een tweede harten voor west. Klaveren naar de overkant en een ruitenaftroever is de coupe de grace.

Ik kan me wel verplaatsen in de gedachtegang van de leider. Je denkt nog wel vreemd dat ze geen schoppen starten. Ze zullen wel een introever willen maken, laat ik maar zo snel mogelijk de troeven wegspelen. En geef toe met de harten 2-2 of een plaatje in oost, praat niemand meer over het spel.
Is zuid nu dan kansloos? Nee, verre van dat zelfs. Het is zaak de verbinding tussen de tegenspelers te verbreken. De enige kleur waarin ze elkaar kunnen bereiken is klaveren.

Zuid moet in slag twee klaveren spelen. Oost neemt en kan wel ruiten doen, maar west moet nog bekennen. Hierna speelt zuid twee keer troef en alle kou is uit de lucht. Deze manoeuvre staat bekend onder de naam “Scissors Coupe”.

De dag erna is de tweede les voor de toppers in Twente. Niet zonder reden is Ine Hollink de enige die het volgende spel tot een goed eind brengt:

N/NZ
6 4 3
A 7 6 4
H 2
V 8 7 4
B 9 7
H V
V B 9 8 10 5 2
V 5 B 9 6 3
H B 9 3 A 10 5 2
A 10 8 5 2
H 3
A 10 8 7 4
6
 

Ondanks de geringe puntenkracht is het de bedoeling dat NZ 4♠ bieden en spelen. Een 5-5 met een fitje is loeisterk en nodigt uit hoger te bieden dan het conservatieve deel doet.

Het spel sluit goed, dat moet ook wel, en als je de hartenstart neemt in dummy en verder gaat met H, ruiten naar het aas en een ruiten wil troeven, gooit west roet in het eten door voor te troeven. Het wordt erger als west klaveren naspeelt voor oost die vrolijk een vierde ruiten speelt, waardoor west een tweede aftroever maakt. Oost maakt zelf nog een troefslag en zuid is eentje piep.

Je moet je realiseren dat het spel een beetje moet zitten. De troeven moeten sowieso rond zitten, maar de ruiten hoeven niet 3-3 te zitten. Je weet dat de tegenspelers slechts in klaveren verbinding hebben en als je klaveren speelt in slag twee is die verbinding weg. De bekende Scissors Coupe.

Iemand neemt de klaverenslag en speelt (bijvoorbeeld) harten voor zuid. Nu H, ruiten naar het aas en ruiten. West kan voortroeven, maar zuid neemt de volgende slag en speelt ♠A en schoppen. De troeven vallen gelukkig, zodat zuid nog een ruitenintroever kan maken in dummy en zo de vijfde ruiten in de hand hoog maken.

Zo zie je maar. Je steekt nog eens wat op als je buiten de landsgrenzen speelt!