Bridgerubriek 23 februari

In deze periode van windstilte, de viertallencompetitie zit erop en het is wachten op twee weekenden paren, komt het materiaal van de clubavond. We spelen meestal butler, maar er zijn ook twee blokken met Patton en viertallen. Verandering van spijs doet eten en met de hele vaderlandse top present, zijn het aangename avonden.

Afgelopen vrijdag de derde ronde (van vier) van de viertallencompetitie. We spelen in de Drienerlo opstelling, dat wil zeggen Geon met Marja en Matthieu met mij.
Het is vaak wildwest op de club, een beetje cayenne peper en een vleugje paprikapoeder in de schudmachine en het regent slems. Er zijn vier potentiële slemcontracten in de eerste twaalf spellen. De eerste doen we zelf:

N/OW
-
A B 7 4
A 7 6 3 2
A H 9 7
H V 7
9 6 5 4 3 2
10 5 3 9 8
H V 10 9 4 8 5
10 3 8 6 2
A B 10 8
H V 6 2
B
V B 5 4
 

Ik open de noordhand met 1 om na 1 van zuid 3♠ te bieden. Ik beloof nul of een schoppen, een vierkaart steun en een behoorlijke opening. Met een sterkere hand zou ik een andere route kiezen. Matthieu biedt 3SA na 3♠ en doet een serieuze slempoging. Met 4 zou hij een minder goede hand tonen.

Ik werk natuurlijk mee en bied 4♣. Zuid veert op en doet zijn favoriete slemconventie: 4SA. Ik heb er drie en een renonce. Met een oneven aantal azen en een renonce bied je op het zesniveau. Omdat 6♠ wat overdreven is, betekent 6 drie azen en een renonce in schoppen. Verhoeven kijkt daar nog even naar, maar past uiteindelijk.

West begint met ruiten en de leider neemt in dummy en troeft een ruiten in de hand. Met klaveren naar boven en een tweede ruitenaftroever volgen. Er liggen nog twee ruitenverliezers in de dummy, maar eentje kan weg op ♠A. Zuid speelt dan ook twee hoge troeven en gaat verder met ♠A en troeft een schoppen in noord. De laatste troef wordt opgehaald en geclaimd.

De helft van het veld strandt in de manche, maar er zijn ook twee paren die 7 bieden. Een leider tast mis. Ruiten wordt genomen en een ruiten getroefd in de hand. Met klaveren naar boven om ook een volgende ruiten te troeven. Oost troeft echter voor met 8. Zuid troeft over en steekt nog een keer met klaveren over. De voorlaatste ruiten wordt gespeeld en oost troeft weer voor, nu met 9. De leider troeft over met de andere honneur en moet na ♠A waar de laatste ruiten op weg gaat de troeven tackelen.

Ze speelt de troeven van boven en dat werkt als beide tegenspelers bekennen. Helaas renonceert oost en maakt west met 10 de downslag. Het is wat om in een grootslem nog een snitje over 10 te nemen. Maar kon de leider weten dat west de tien heeft?

Slimmerds roepen iets over restricted choice. Van 1098 van harten kun je op diverse manieren de harten bijspelen, ze zijn allemaal even hoog. Maar ik geef het je te doen. Je speelt 6 en west speelt klein. Durf je de 7 in dummy?

Opmerkelijk is overigens dat je ook de zuidhand hoog kunt maken. Neem A in slag een en speel klaveren naar de hand. Ga verder met ♠A en troef een schoppen in noord. Keer terug naar de hand met klaveren en troef een tweede schoppen. Nu stuk eruit tuimelt speel je twee hoge troeven, troeft een ruiten en kunt nadat je de laatste troef haalt, claimen.

Het tweede slem kregen we tegen:

Z/OW
A B
10 5
A H 10 9 4
A H 9 7
H 9 8 7 4
V 10 6
7 6 3 2 V B 9 8
8 3 B 7 6 2
6 2 B 3
5 3 2
A H 4
V 5
V 10 9 7 5
 

Nadat zuid zijn biedbeurt overslaat, begint noord met 1. Zuid antwoordt 2♣ en dat past mooi in noords kaart. Hoe verder?

Aan tafel probeert noord 2♠. Dat bod maakt de bieding mancheforcing, maar nadat zuid 2SA biedt, springt ze meteen naar 4SA. Zuid vertelt een aas en 6♣ besluit de bieding. Als ik achteloos informeer naar de betekenis en hoor dat het antwoord op 4SA een sleutelkaart belooft, maar dat ze niet kan zeggen wat troef is, lijkt de bieding op hotseknots.

Na harten uit trekt zuid de troeven en speelt de ruitenkleur via een aftroever vrij om alle slagen te maken.

Kun je in grootslem komen?
2♠ Na 2♣ maakt de zaak dan wel forcing, maar als je daarna 4SA biedt, had je dat net zo goed een rondje eerder kunnen doen. Je zou na 2SA met 3♣ verder kunnen gaan om in elk geval de troefkleur af te spreken. Na een cuetje volgt azenvragen en je gaat verder met de vraag naar troefvrouw. Zuid geeft bevestigend antwoord met desnoods H, maar de ruimte ontbreekt om de nuttige V te vertellen.

Als noord na 2♣ naar 4♣ jumpt, volgen twee controlebiedingen (4 en 4♠) en kan zuid de azen checken. Hij hoort er vier en als hij later de heren vraagt, wordt H bekend. Zes troefslagen ( 5 en een aftroever) plus vier slagen in ruiten en drie tophonneurs in de hoge kleuren telt op tot dertien.

De helft van het veld stopt in de manche en niemand komt in 7♣. Het nut van de twee alinea’s hierboven is dan ook twijfelachtig.
Komende week trainingskamp, want volgend weekend is de finale van het Topcircuit.