Bridgerubriek 15 januari 2022

De NBB probeerde dapper het derde weekend van de viertallencompetitie half januari door te laten gaan, en hoewel in eerste instantie alleen de MK toegang kreeg, nepte omicron ook die groep en moest iedereen weer thuis blijven. Een dagje wandelen op hei, zeker in deze temperaturen is best aangenaam, maar je krijgt langzamerhand het gevoel dat je beter een andere hobby kunt zoeken.

Nu voor het eind van de eerste maand van het jaar geen competitie meer gespeeld gaat worden, is het maar de vraag of dat in een latere periode nog kan worden ingehaald. In maart is het WK in Italië en dan volgen rap de parencompetities. Misschien moeten we van Bridge een zomersport maken?

Natuurlijk houden we de (digitale) clubavond nog en zeker als enkele coryfeeën meedoen is dat best leuk. Onderuit gezakt met de concentratie op een half wordt er gespeeld. Iemand die echter helemaal bij de les is, is mijn partner:

W/-
A 4 3 2
A 10
A H V 3 2
H V
H B
V 9 7
H 9 8 B 5 2
B 7 5 10 6
9 8 7 6 3 A 10 5 4 2
10 8 6 5
V 7 6 4 3
9 8 2
B
 

Na de pas van west ben ik aan de beurt. Ik tel er 22 en dat past niet in onze 2SA opening. Ik zou eerst met 2♣ moeten beginnen en later 2SA herbieden om het puntental te vertellen. De vijfkaart ruiten en de vele azen en heren verleiden me de hand op te waarderen.

Dat heeft een verrassend gevolg. Ik begin met 2♣ en herbied 2 na 2 van Geon. Met mijn herbieding beloof ik een hartenkleur of een evenwichtige hand met 24-25 punten. Schromelijk overboden zeg je? Ja, misschien wel, maar mijn glas is nog steeds halfvol.

Geon informeert na 2 met 2♠ welke variant ik heb en mijn 2SA bod maakt dat duidelijk. Hij checkt de majors en de schoppenfit komt aan het licht. Door het 2♠ vraagbod eerder, wordt hij leider in 4♠.

West begint met klaveren en oost wint met het aas en speelt passief klaveren terug. De leider wint in de dummy en telt nog twee verliezers in troef, als het meezit, en een verliezer in harten. Een eindspel moet hulp brengen.

Hij speelt in slag drie een kleine schoppen onder het aas voor de boer van west. Ruiten na is voor de dummy en op ♠A bekennen beide tegenstanders.

Steenbakkers speel vier rondjes ruiten, maar geen slag wordt getroefd. Dan speelt hij troef en komt oost aan de slag. Die moet kiezen uit twee kwaden. Klaveren in de dubbele renonce of harten. Als het klaveren wordt, is de leider snel klaar. Hij troeft in de hand en gooit de verliezende harten weg uit de dummy.

Oost, Tim Verbeek, speelt natuurlijk geen klaveren, maar harten. Met de hartenhonneurs verdeeld is het contract nu gemaakt. Met B bij west en H bij oost speel je de vrouw en zitten de plaatjes andersom dan leg je klein en moet west de heer spelen.

Maar welke kaart moet je leggen?

Steenbakkers heeft er niet lang voor nodig. Zijn redenering is dat als H bij oost zit, west nadat hij met troef aan slag gekomen is, zeker harten zou hebben gespeeld. Om die reden zit H dus bij west en speelt Geon klein.

West moet inderdaad de heer spelen om 10 geen slag te laten worden en de leider neemt met A en kan claimen omdat V de tiende slag is geworden. “Mooi gedaan” kraait de tribune, maar de leider haalt zijn schouders op en legt zijn argumentatie uit.

Vier leiders halen 4♠ en twee missen de clou.

Mijn bijdrage deze avond is pover:

N/OW
10 9 8 3 2
H B
B 3 2
A 8 6
V 7 6
B 5 4
10 8 6 3 2 A V 7 5 4
A H 6 -
10 2 B 9 5 4 3
A H
9
V 10 9 8 7 5 4
H V 7
 

Ik open de zuidhand met 1 en herbiedt de kleur zo goedkoop mogelijk na 1♠ van de overkant. De speelkracht is in orde voor een sprong, maar de kleur is prut. Met een beetje fit kan noord nog een zetje doen, maar hij zwijgt.

Oost komt eindelijk tot leven en biedt 2. Ik druk door naar 3, maar west doet een duit in het zakje met 3. Geon gaat nu ook weer meedoen, maar zijn bod van 3SA, ruitenfit en hartenstop laat ik niet staan. Mijn kleur is gewoon te slecht. Ik bied 4 en iedereen past.

West begint, een beetje verrassend met ♣10 en ik neem de slag en speel troef. West neemt en als oost renonceert weet ik dat ik down ga. West heeft dubbele troefcontrole en ging voor de introever met zijn klaverenstart.

Ik neem het klaverennaspel en speel maar troef. West wint, steekt over naar A van zijn partner en krijgt in de slag erna een aftroever in klaveren. Een down.

Had ik het kunnen maken? Ja, dat kon. Na de klaverenuitkomst moet ik meteen harten spelen. Oost komt aan slag met A en kan wel klaveren spelen, maar west moet nog bekennen. De verbinding is weg om een aftroever te organiseren.

Had ik het kunnen weten? Ja, misschien wel. Het kan amper kosten voor het troefspelen eerst een keer harten te doen. Een uitgeklede “scissorscoupe” brengt hulp.

Niemand verzint het hartenspel in slag twee, maar sommigen maken wel tien slagen. Dat lukt als je niet doorgaat met klaveren in slag drie, of je partner - die nooit geboden heeft – met schoppen aan slag probeert te krijgen.

Door wat meer ongelukken valt het verlies mee, maar jammer van de gemiste kans. Volgende keer rechtop zitten en beter opletten!