Bridgerubriek 21 mei 2022

Waar ’t Onstein 2 tegen 3 er een spannende affaire van maakten in de finale om het landskampioenschap, het tweede won nadat beide teams met vijf spellen voor het eind nog gelijk stonden, was het bibberen in de degradatiepoule voor ons (het vierde) snel over. Drie flinke overwinningen op zaterdag zorgden voor een goede nachtrust en we konden zondag lekker uitballen.

Geon Steenbakkers en ik speelden de eerste vier wedstrijden en lieten het slotakkoord aan onze teamgenoten. Zo konden we nog een deel van de finale zien die via BBO op een groot scherm in het Nationale Denksportcentrum werd getoond. Onstein 2 voerde de regie en met meer dan 30 imps in de plus deden wij een oogje dicht en wachten op onze nevenparen voor de laatste resultaten.

Nadat Ralf en Jacco en Erik-Jan en Kamiel de laatste set in sneltreinvaart (ja heus) afwikkelden, mochten de flessen bier open en een half uurtje later gingen we op naar huis. De finale bestond uit drie sets op zondag en in de auto konden we via de telefoon het verloop volgen.

Erik-Jan normaal de rustigste van het stel werd naarmate we dichter bij huis kwamen een stuk luider en enthousiaster. De achterstand van Onstein 3 werd in vier spellen namelijk helemaal weggewerkt en beide teams maakten er een kampioenschap over vier spellen van. Met 42 imps op de laatste spellen bleek het tweede toch over de langste adem te beschikken en werd na afloop gelauwerd.

De spellen deze week komen uit onze eigen wedstrijden. Mijn afspel is niet mijn sterkste eigenschap en met twee domme acties op dat gebied kon ik mijn verzameling weer flink uitbreiden. Gelukkig stond er deze keer ook een goed spel bij:

O/Allen
V B 2
7 5 2
A 9 3
V 10 3 2
10 7 5
4 3
A B 10 9 8 3 H
H 8 V B 7 6 5 2
9 4 B 8 7 6
A H 9 8 6
V 6 4
10 4
A H 5
 

Na mijn 1SA opening met de zuidhand en een harten volgbod van west komen we via een negatief doublet van noord, net als aan de andere tafels, in 4♠. West begint zoals overal met H.

Ik constateer dat 3SA een wat makkelijkere opgave zou zijn geweest met negen slagen van boven en zie ook dat de harten zeer waarschijnlijk 6-1 zitten met een secce tophonneur in oost. Met AH van harten zou west namelijk zeker met A beginnen.

Dat mijmeren over 3SA helpt niks en na een behoorlijke denkpauze, iets wat ik vaker zou moeten doen, duik ik de uitkomst. West kan me nu downspelen door met een kleine harten te vervolgen, maar speelt logischerwijs, na het aansignaal in slag een, ruiten door.

Ik win op tafel en speel drie keer troef eindigend in de dummy. West bekent drie keer en oost dus maar tweemaal. In slag zes troef ik een ruiten en zie dat west met Hx van die kleur is uitgekomen. Als ik uitga van een 6-1 hartenzitsel zitten de klaveren 4-2.

Na de ruitenaftroever speel ik daarom beide hoge klaveren, maar de boer blijft hangen. Ik weet dat west slechts harten overheeft, en oost twee klaveren, een hoge harten en twee vrije ruitens. Ik speel mijn laatste troef om de duimschroeven aan te draaien.

West kan een harten missen, maar oost moet een ruiten afgooien. Ik speel dan harten na en nadat oost aan slag komt met zijn hartenplaat kan hij nog een ruiten cashen, maar moet uiteindelijk in de klaverenvork spelen en me mijn tiende slag gunnen.
Oost kan ook H afgooien. In dat geval speel ik ook een kleine harten voor de boer van west die met slechts harten over A mag hebben, maar me dan weer aan slag moet brengen in harten.

De ingooi kan dus beide kanten op. Een zeldzaamheid die oost me niet gunde, want hij gooide een klaveren af, zodat ik meteen twee slagen in die kleur had.

Een maandje voor Madeira stuurde ik mijn vrouwen een checklist met allerlei competitieve biedverlopen. De bedoeling is dat de dames er hetzelfde over denken om zo min mogelijk ongelukken te hebben.

Het volgende spel had er bijgepast:

N/-
7 5 4 2
H 10 7 2
H 4
10 4 3
H B 9 8
A V 10
9 6 5 3 V B 8
A 6 2 V 8 3
7 6 V 8 5 2
6 3
A 4
B 10 9 7 5
A H B 9
 

Geon past met de noordhand en ik volg 1 na de 1♣ opening van oost. West doubleert negatief en met een redoublet vertelt Steenbakkers dat hij een tophonneur in ruiten heeft.

Het duurt even voor de biedbak terugkomt. Noord en oost zitten aan een kant van het scherm. Het redoublet van noord zal niet veel tijd hebben gevergd, zodat de pas van oost het leeuwendeel van de verstreken tijd gekost moet hebben. Ik pas ook, maar west duikt in de denkkamer.

Hoe langer hij denkt, hoe meer ik ga vermoeden dat hij gaat passen. En dat gebeurt uiteindelijk ook. De verklaring is dat de pas oost voorstelt om 1 geredoubleerd te gaan spelen. Dat je met drie keer het aas een redoublet in noord en rechts ook een vijfkaart je partner verdenkt van verminderde toerekeningsvatbaarheid is een ander verhaal.

Oost heeft natuurlijk geen vierkaart hoog en ziet 1SA niet zitten zonder stop of met een hele kleine en kaatst de bal terug naar west met zijn pas.

Maar goed, het is 1 geredoubleerd en het is een hele tijd geleden dat ik een geredoubleerd contract mocht spelen.

West begint met klaveren en ik win de vrouw van oost met mijn aas en speel ruiten naar de heer. H maakt de slag en een tweede ruiten is voor het aas van west die doorgaat met klaveren. Ik win de slag in de hand en speel een derde rondje troef. Iedereen bekent en in mijn hoofd tel ik al de redoubleerde overslagen.

De verdediging casht twee hoge schoppen, maar daarna laat ik mijn hand en zien claim 1XX +2.

West ontploft nog even richting zijn maat, maar gaat dan rekenen en vraagt 580? Ik schud nee, en zeg dat hij de 50 punten voor de belediging van het redoublet is vergeten. Het wordt 630.

Dat getal levert nog problemen op bij het uitslaan. Het nevenpaar informeert ons dat we niet kwetsbaar waren. Blijkbaar denken ze dat we 3SA +1 hebben gehaald. Groot is de hilariteit als ze horen dan het eindcontract slechts 1 was.

Nog een paar clubavonden en dan een lange zomer met coachactiviteiten. U hoort!